| remettre (v) [général] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | geven (v) [général] - gegeven
- geeft
- geven
- gaf
- gaven
| |
| remettre (v) [present a thing as a gift or honour] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | toekennen (v) [present a thing as a gift or honour] - toegekend
- kent toe
- kennen toe
- kende toe
- kenden toe
| |
| remettre (v) [prix] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | toekennen (v) [prix] - toegekend
- kent toe
- kennen toe
- kende toe
- kenden toe
| |
| remettre (v) [present a thing as a gift or honour] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | schenken (v) {n} [present a thing as a gift or honour] - geschonken
- schenkt
- schenken
- schonk
- schonken
| |
| remettre (v) [temps] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | schorten (v) [temps] - geschort
- schort
- schorten
- schortte
- schortten
| |
| remettre (v) [objets] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | inleveren (v) [objets] - ingeleverd
- levert in
- leveren in
- leverde in
- leverden in
| |
| remettre (v) [religion] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | kwijtschelden (v) [religion] - kwijtgescholden
- scheldt kwijt
- schelden kwijt
- schold kwijt
- scholden kwijt
| |
| remettre (v) [objet] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | meegeven (v) [objet] - meegegeven
- geeft mee
- geven mee
- gaf mee
- gaven mee
| |
| remettre (v) [médecine] | | opnieuw zetten (v) [médecine] | |
| remettre (v) [paiement] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | overmaken (v) [paiement] - overgemaakt
- maakt over
- maken over
- maakte over
- maakten over
| |
| remettre (v) [prix] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | uitreiken (v) [prix] - uitgereikt
- reikt uit
- reiken uit
- reikte uit
- reikten uit
| |
| remettre (v) [prix] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | toewijzen (v) [prix] - toegewezen
- wijst toe
- wijzen toe
- wees toe
- wezen toe
| |
| remettre (v n) [to give something back to its original holder or owner] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | teruggeven (v n) [to give something back to its original holder or owner] - teruggegeven
- geeft terug
- geven terug
- gaf terug
- gaven terug
| |
| remettre (v) [ajourner] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | opschuiven (v) [ajourner] - opgeschoven
- schuift op
- schuiven op
- schoof op
- schoven op
| |
| remettre (v) [prix] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | overhandigen (v) [prix] - overhandigd
- overhandigt
- overhandigen
- overhandigde
- overhandigden
| |
| remettre (v) [livrer] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | presenteren (v) [livrer] - gepresenteerd
- presenteert
- presenteren
- presenteerde
- presenteerden
| |
| remettre (v) [temps] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | ophouden (v) {n} [temps] - opgehouden
- houdt op
- houden op
- hield op
- hielden op
| |
| remettre (v) [religion] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | vergeven (v) {n} [religion] - vergeven
- vergeeft
- vergeven
- vergaf
- vergaven
| |
| remettre (v) [ajourner] | | op de lange baan schuiven (v) [ajourner] | |
| remettre (v) [temps] | | op de lange baan schuiven (v) [temps] | |
| remettre (v) [liquide] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | bijvullen (v) [liquide] - bijgevuld
- vult bij
- vullen bij
- vulde bij
- vulden bij
| |
| remettre (v) [temps] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | vertragen (v) [temps] - vertraagd
- vertraagt
- vertragen
- vertraagde
- vertraagden
| |
| remettre (v) [livrer] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | overhandigen (v) [livrer] - overhandigd
- overhandigt
- overhandigen
- overhandigde
- overhandigden
| |
| remettre (v) [temps] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | opschuiven (v) [temps] - opgeschoven
- schuift op
- schuiven op
- schoof op
- schoven op
| |
| remettre (v) [ajourner] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | uitstellen (v) [ajourner] - uitgesteld
- stelt uit
- stellen uit
- stelde uit
- stelden uit
| |
| remettre (v) [temps] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | uitstellen (v) [temps] - uitgesteld
- stelt uit
- stellen uit
- stelde uit
- stelden uit
| |
| remettre (v) [ajourner] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | verschuiven (v) [ajourner] - verschoven
- verschuift
- verschuiven
- verschoof
- verschoven
| |
| remettre (v) [temps] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | verschuiven (v) [temps] - verschoven
- verschuift
- verschuiven
- verschoof
- verschoven
| |
| remettre (v) [ajourner] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | opschorten (v) [ajourner] - opgeschort
- schort op
- schorten op
- schortte op
- schortten op
| |
| remettre (v) [temps] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | opschorten (v) [temps] - opgeschort
- schort op
- schorten op
- schortte op
- schortten op
| |
| remettre (v) [ajourner] - aies remis
- aient remis
- remettes
- remettent
| | schorten (v) [ajourner] - geschort
- schort
- schorten
- schortte
- schortten
| |