Woxikon / Dictionnaire / Français Néerlandais / I / in een paar woorden

FR NL Français Néerlandais traductions pour in een paar woorden

La recherche du mot in een paar woorden a 5 plusieurs résultats
Aller à
NL Néerlandais FR Français
in een paar woorden [samenvatting] brièvement [samenvatting]
in een paar woorden [samenvatting] en peu de mots [samenvatting]
in een paar woorden [samenvatting] en raccourci [samenvatting]
in een paar woorden [samenvatting] bref [samenvatting]
in een paar woorden [samenvatting] pour résumer [samenvatting]

NL FR Traductions pour in

in [in elk] près de [in elk]
in [nabijheid] près de [nabijheid]
in [richting] près de [richting]
in [voorzetsel] près de [voorzetsel]
in (prep) [within a given time interval] pendant (prep) [within a given time interval]
in (adj v) [legally qualified] habilité (adj v) {f} [legally qualified]
in [in elk] en [in elk]
in [nabijheid] en [nabijheid]
in [richting] en [richting]
in [voorzetsel] en [voorzetsel]

NL FR Traductions pour een

een (v) [to fart] {m} lâcher (v) [to fart]
een (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion] {m} faire (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion]
een (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion] {m} complimenter (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion]
een (v) [to fart] {m} en (v) [to fart]
een [algemeen] {m} quelque [algemeen]
een [hoofdtelwoord] {m} quelque [hoofdtelwoord]
een [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} quelque [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een {m} un {m}
een [algemeen] {m} un {m} [algemeen]
een [hoofdtelwoord] {m} un {m} [hoofdtelwoord]

NL FR Traductions pour paar

paar (n) [twosome, especially musicians] {n} duo (n) {m} [twosome, especially musicians]
paar [algemeen] {n} paire {f} [algemeen]
paar (adj v adv n) [arithmetic: divisible by two] {n} paire (adj v adv n) {f} [arithmetic: divisible by two]
paar [hoeveelheid] {n} paire {f} [hoeveelheid]
paar (n v) [two of the same kind considered together] {n} paire (n v) {f} [two of the same kind considered together]
paar (n v) [two partners] {n} paire (n v) {f} [two partners]
paar [algemeen] {n} couple {m} [algemeen]
paar [hoeveelheid] {n} couple {m} [hoeveelheid]
paar (n v) [two partners] {n} couple (n v) {m} [two partners]
paar (n v) [a small number of] {n} quelques (n v) [a small number of]