La recherche du mot goed a 144 plusieurs résultats
NL Néerlandais FR Français
goed [interjectie] {n} enfin [interjectie]
goed [interjectie] {n} eh bien [interjectie]
goed [interjectie] {n} tant pis [interjectie]
goed [moreel gedrag] {n} droit {m} [moreel gedrag]
goed [raad] {n} prudent [raad]
NL Néerlandais FR Français
goed [wijs] {n} prudent [wijs]
goed [eigendom] {n} avoir {m} [eigendom]
goed [raad] {n} raisonnable [raad]
goed [wijs] {n} raisonnable [wijs]
goed [algemeen] {n} agréable [algemeen]
goed [bekwaamheid] {n} agréable [bekwaamheid]
goed [gezondheid] {n} agréable [gezondheid]
goed [kind] {n} agréable [kind]
goed [persoon] {n} agréable [persoon]
goed [weer] {n} agréable [weer]
goed [algemeen] {n} bien élevé [algemeen]
goed [bekwaamheid] {n} bien élevé [bekwaamheid]
goed [gezondheid] {n} bien élevé [gezondheid]
goed [kind] {n} bien élevé [kind]
goed [persoon] {n} bien élevé [persoon]
goed [weer] {n} bien élevé [weer]
goed [algemeen] {n} sage {m} [algemeen]
goed [bekwaamheid] {n} sage {m} [bekwaamheid]
goed [gezondheid] {n} sage {m} [gezondheid]
goed [kind] {n} sage {m} [kind]
goed [persoon] {n} sage {m} [persoon]
goed [raad] {n} sage {m} [raad]
goed [weer] {n} sage {m} [weer]
goed [wijs] {n} sage {m} [wijs]
goed [algemeen] {n} obéissant [algemeen]
goed [bekwaamheid] {n} obéissant [bekwaamheid]
goed [gezondheid] {n} obéissant [gezondheid]
goed [kind] {n} obéissant [kind]
goed [persoon] {n} obéissant [persoon]
goed [weer] {n} obéissant [weer]
goed (adv) [in a correct manner] {n} correctement (adv) [in a correct manner]
goed [weer] {n} beau [weer]
goed [algemeen] {n} magnifique [algemeen]
goed [bekwaamheid] {n} magnifique [bekwaamheid]
goed [gezondheid] {n} magnifique [gezondheid]
goed [kind] {n} magnifique [kind]
goed [persoon] {n} magnifique [persoon]
goed [weer] {n} magnifique [weer]
goed [algemeen] {n} superbe [algemeen]
goed [bekwaamheid] {n} superbe [bekwaamheid]
goed [gezondheid] {n} superbe [gezondheid]
goed [kind] {n} superbe [kind]
goed [persoon] {n} superbe [persoon]
goed [weer] {n} superbe [weer]
goed [algemeen] {n} splendide [algemeen]
goed [bekwaamheid] {n} splendide [bekwaamheid]
goed [gezondheid] {n} splendide [gezondheid]
goed [kind] {n} splendide [kind]
goed [persoon] {n} splendide [persoon]
goed [weer] {n} splendide [weer]
goed [raad] {n} valable [raad]
goed [wijs] {n} valable [wijs]
goed [gedrag] {n} favorable [gedrag]
goed [welwillend] {n} favorable [welwillend]
goed [gedrag] {n} doux [gedrag]
goed [welwillend] {n} doux [welwillend]
goed [eigendom] {n} possession {f} [eigendom]
goed [eigendom] {n} affaires {f} [eigendom]
goed [eigendom] {n} possessions {f} [eigendom]
goed {n} propriété {f}
goed [eigendom] {n} propriété {f} [eigendom]
goed {n} bonne {f}
goed (adj adv n) [acting in the interest of good; ethical good intentions] {n} bonne (adj adv n) {f} [acting in the interest of good; ethical good intentions]
goed [gedrag] {n} bienveillant [gedrag]
goed [welwillend] {n} bienveillant [welwillend]
goed [algemeen] {n} bien {m} [algemeen]
goed [algemeen] {n} bien {m} [algemeen]
goed [algemeen] {n} bien {m} [algemeen]
goed (adj adv n v) [being acceptable, adequate, passable, or satisfactory] {n} bien (adj adv n v) {m} [being acceptable, adequate, passable, or satisfactory]
goed [bekwaamheid] {n} bien {m} [bekwaamheid]
goed [gezondheid] {n} bien {m} [gezondheid]
goed [graad] {n} bien {m} [graad]
goed [kind] {n} bien {m} [kind]
goed [manier] {n} bien {m} [manier]
goed [persoon] {n} bien {m} [persoon]
goed [voordeel] {n} bien {m} [voordeel]
goed [weer] {n} bien {m} [weer]
goed [algemeen] {n} beaucoup [algemeen]
goed [graad] {n} beaucoup [graad]
goed [manier] {n} beaucoup [manier]
goed [gedrag] {n} aimable [gedrag]
goed [raad] {n} solide [raad]
goed [wijs] {n} solide [wijs]
goed [gedrag] {n} gentil [gedrag]
goed [welwillend] {n} gentil [welwillend]
goed [gedrag] {n} courtois [gedrag]
goed [gedrag] {n} amical [gedrag]
goed {n} bon {m}
goed (adj adv n) [acting in the interest of good; ethical good intentions] {n} bon (adj adv n) {m} [acting in the interest of good; ethical good intentions]
goed [algemeen] {n} bon {m} [algemeen]
goed [algemeen] {n} bon {m} [algemeen]
goed [bekwaamheid] {n} bon {m} [bekwaamheid]
goed (adj adv n) [beneficial; worthwhile] {n} bon (adj adv n) {m} [beneficial; worthwhile]
goed (adj adv n) [favourable] {n} bon (adj adv n) {m} [favourable]
goed [gedrag] {n} bon {m} [gedrag]
goed [gezondheid] {n} bon {m} [gezondheid]
goed [graad] {n} bon {m} [graad]
goed (adj adv n) [healthful] {n} bon (adj adv n) {m} [healthful]
goed [kind] {n} bon {m} [kind]
goed [manier] {n} bon {m} [manier]
goed (adj adv n) [of food, having a particularly pleasant taste] {n} bon (adj adv n) {m} [of food, having a particularly pleasant taste]
goed (adj adv n) [of people, competent or talented] {n} bon (adj adv n) {m} [of people, competent or talented]
goed [persoon] {n} bon {m} [persoon]
goed (adj adv n) [pleasant; enjoyable] {n} bon (adj adv n) {m} [pleasant; enjoyable]
goed [raad] {n} bon {m} [raad]
goed (adj adv n) [the forces of good] {n} bon (adj adv n) {m} [the forces of good]
goed (adj adv n) [useful for a particular purpose (''it’s a good watch'')] {n} bon (adj adv n) {m} [useful for a particular purpose (''it’s a good watch'')]
goed [weer] {n} bon {m} [weer]
goed [welwillend] {n} bon {m} [welwillend]
goed [wijs] {n} bon {m} [wijs]
goed [gedrag] {n} amicalement [gedrag]
goed [raad] {n} judicieux [raad]
goed [wijs] {n} judicieux [wijs]
goed [moreel gedrag] {n} vertueux [moreel gedrag]
goed [gezondheid] {n} sain [gezondheid]
goed [gezondheid] {n} en bonne santé [gezondheid]
goed [gezondheid] {n} bien portant [gezondheid]
goed [gezondheid] {n} salubre [gezondheid]
goed [algemeen] {n} à prendre [algemeen]
goed [algemeen] {n} à prendre [algemeen]
goed [bekwaamheid] {n} à prendre [bekwaamheid]
goed [gezondheid] {n} à prendre [gezondheid]
goed [graad] {n} à prendre [graad]
goed [kind] {n} à prendre [kind]
goed [manier] {n} à prendre [manier]
goed [persoon] {n} à prendre [persoon]
goed [weer] {n} à prendre [weer]
goed [gedrag] {n} de caractère facile [gedrag]
goed [welwillend] {n} de caractère facile [welwillend]
goed [gedrag] {n} qui a bon caractère [gedrag]
goed [welwillend] {n} qui a bon caractère [welwillend]
goed {n} bons (mp)
goed (adj adv n) [the forces of good] {n} bons (adj adv n) [the forces of good] (mp)
goed [gedrag] {n} qui a bon cœur [gedrag]
goed [fysische conditie] {n} très bien [fysische conditie]
goed [raad] {n} sensé [raad]
goed [wijs] {n} sensé [wijs]
goed [raad] {n} bien-fondé {m} [raad]
goed [wijs] {n} bien-fondé {m} [wijs]

Néerlandais Français traductions