La recherche du mot schokken a 16 plusieurs résultats
NL Néerlandais FR Français
schokken [gevoelens] {n} toucher {m} [gevoelens]
schokken [gevoelens] {n} offenser [gevoelens]
schokken [gevoelens] {n} secouer [gevoelens]
schokken (v n) [transitive: to disturb emotionally] {n} secouer (v n) [transitive: to disturb emotionally]
schokken [beweging] {n} tressauter [beweging] (formal)
NL Néerlandais FR Français
schokken [gebouw] {n} trembler [gebouw]
schokken [gebouw] {n} être ébranlé [gebouw]
schokken [hobbelen] {n} secousse {f} [hobbelen]
schokken [gevoelens] {n} émouvoir [gevoelens]
schokken [gevoelens] {n} bouleverser [gevoelens]
schokken [gevoelens] {n} consterner [gevoelens]
schokken [gevoelens] {n} horrifier [gevoelens]
schokken [gevoelens] {n} exciter la pitié [gevoelens]
schokken [gevoelens] {n} ébranler [gevoelens]
schokken [gevoelens] {n} choquer [gevoelens]
schokken [hobbelen] {n} cahotement {m} [hobbelen]

Néerlandais Français traductions