La recherche du mot vallen a 47 plusieurs résultats
NL Néerlandais FR Français
vallen [prijzen] {n} s'effondrer [prijzen]
vallen [verkoop] {n} se trouver [verkoop]
vallen [aantal] {n} être {m} [aantal]
vallen [categorie] {n} être {m} [categorie]
vallen [intransitief] {n} être {m} [intransitief]
NL Néerlandais FR Français
vallen [prijzen] {n} être {m} [prijzen]
vallen [tijd] {n} être {m} [tijd]
vallen [verkoop] {n} être {m} [verkoop]
vallen [regering] {n} renverser [regering]
vallen [aantal] {n} s'effondrer [aantal]
vallen [categorie] {n} s'effondrer [categorie]
vallen [intransitief] {n} s'effondrer [intransitief]
vallen [tijd] {n} se trouver [tijd]
vallen [tijd] {n} s'effondrer [tijd]
vallen [verkoop] {n} s'effondrer [verkoop]
vallen (v n) [become or change into] {n} devenir (v n) [become or change into]
vallen [val] {n} bûche {f} [val]
vallen [aantal] {n} baisser brutalement [aantal]
vallen [categorie] {n} baisser brutalement [categorie]
vallen [intransitief] {n} baisser brutalement [intransitief]
vallen [prijzen] {n} baisser brutalement [prijzen]
vallen [tijd] {n} baisser brutalement [tijd]
vallen [verkoop] {n} baisser brutalement [verkoop]
vallen (v n) [move to a lower position under the effect of gravity] {n} chuter (v n) [move to a lower position under the effect of gravity]
vallen [aantal] {n} baisser [aantal]
vallen [aantal] {n} tomber [aantal]
vallen (v n) [become or change into] {n} tomber (v n) [become or change into]
vallen [categorie] {n} tomber [categorie]
vallen [intransitief] {n} tomber [intransitief]
vallen (v n) [move to a lower position under the effect of gravity] {n} tomber (v n) [move to a lower position under the effect of gravity]
vallen [nacht] {n} tomber [nacht]
vallen [prijzen] {n} tomber [prijzen]
vallen [regering] {n} tomber [regering]
vallen [tijd] {n} tomber [tijd]
vallen (n v) [to fall] {n} tomber (n v) [to fall]
vallen [verkoop] {n} tomber [verkoop]
vallen {n} tomber
vallen [categorie] {n} baisser [categorie]
vallen [intransitief] {n} baisser [intransitief]
vallen [prijzen] {n} baisser [prijzen]
vallen [tijd] {n} baisser [tijd]
vallen [verkoop] {n} baisser [verkoop]
vallen [val] {n} chute {f} [val]
vallen [aantal] {n} se trouver [aantal]
vallen [categorie] {n} se trouver [categorie]
vallen [intransitief] {n} se trouver [intransitief]
vallen [prijzen] {n} se trouver [prijzen]

Néerlandais Français traductions