La recherche du mot scandale a 10 plusieurs résultats
FR Français NL Néerlandais
scandale (n) [incident that brings disgrace] {m} incident (n) {n} [incident that brings disgrace]
scandale (n) [situation] {m} schande (n) {m} [situation]
scandale (n) [général] {m} smerige praat (n) {m} [général]
scandale (n) [saleté] {m} smerige praat (n) {m} [saleté]
scandale (n) [général] {m} lasterpraat (n) {m} [général]
FR Français NL Néerlandais
scandale (n) [saleté] {m} lasterpraat (n) {m} [saleté]
scandale (n) [général] {m} schandaal (n) {n} [général]
scandale (n) [incident that brings disgrace] {m} schandaal (n) {n} [incident that brings disgrace]
scandale (n) [saleté] {m} schandaal (n) {n} [saleté]
scandale (n) [situation] {m} schandaal (n) {n} [situation]
FR Synonymes pour scandale NL Traductions
aventure [fait] f avontuurtje {n}
cause [fait] f doel {n}
événement [fait] m evenement {n}
question [fait] f vraag (m] en aanbod [n)
histoire [fait] f vertelsel
affaire [fait] f zakenleven
papotage [bavardage] m woordenstroom {m}
ragot [bavardage] roddel {m}
bruit [bavardage] m gerucht {n}
commérage [bavardage] roddel {m}
médisance [bavardage] f belastering {f}
cancan [bavardage] m roddel {m}
éclat [scandale] m splinter {m}
pétard [tumulte] m voetzoeker {m}
foin [tumulte] m hooi {n}
humiliation [déshonneur] f kleinering {f}
infamie [déshonneur] f schandelijke daad {m}
opprobre [déshonneur] f schaamte {f}
turpitude [déshonneur] f schandelijke daad {m}
bassesse [déshonneur] f schandelijke daad {m}