La recherche du mot samenleven a 13 plusieurs résultats
NL Néerlandais FR Français
samenleven [algemeen] {n} cohabitation {f} [algemeen]
samenleven [mensen] {n} vivre ensemble [mensen]
samenleven [ongehuwd paar] {n} vivre ensemble [ongehuwd paar]
samenleven [relatie] {n} vivre ensemble [relatie]
samenleven [samenwonen] {n} vivre ensemble [samenwonen]
NL Néerlandais FR Français
samenleven [mensen] {n} vivre en concubinage [mensen]
samenleven [ongehuwd paar] {n} vivre en concubinage [ongehuwd paar]
samenleven [relatie] {n} vivre en concubinage [relatie]
samenleven [samenwonen] {n} vivre en concubinage [samenwonen]
samenleven [mensen] {n} cohabiter [mensen]
samenleven [ongehuwd paar] {n} cohabiter [ongehuwd paar]
samenleven [relatie] {n} cohabiter [relatie]
samenleven [samenwonen] {n} cohabiter [samenwonen]

Néerlandais Français traductions

NL Synonymes pour samenleven FR Traductions
samenhokken [hokken] vivre en concubinage
samenwonen [hokken] cohabiter