La recherche du mot in het leven roepen a 4 plusieurs résultats
Aller à
NL Néerlandais FR Français
in het leven roepen [beginnen] lancer [beginnen]
in het leven roepen [beginnen] instaurer [beginnen]
in het leven roepen [beginnen] créer [beginnen]
in het leven roepen [beginnen] mettre en action [beginnen]

NL FR Traductions pour in

in [in elk] près de [in elk]
in [nabijheid] près de [nabijheid]
in [richting] près de [richting]
in [voorzetsel] près de [voorzetsel]
in (prep) [within a given time interval] pendant (prep) [within a given time interval]
in (adj v) [legally qualified] habilité (adj v) {f} [legally qualified]
in [in elk] en [in elk]
in [nabijheid] en [nabijheid]
in [richting] en [richting]
in [voorzetsel] en [voorzetsel]

NL FR Traductions pour het

het (n v abbr) [work, suffice] aller (n v abbr) [work, suffice]
het [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] ce [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]
het [persoonlijk vnw. - onderwerp] ce [persoonlijk vnw. - onderwerp]
het [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] ça [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]
het [persoonlijk vnw. - onderwerp] ça [persoonlijk vnw. - onderwerp]
het [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] cela [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]
het [persoonlijk vnw. - onderwerp] cela [persoonlijk vnw. - onderwerp]
het le
het (article adv) [article] le (article adv) [article]
het [bepaald lidwoord] le [bepaald lidwoord]

NL FR Traductions pour leven

leven [algemeen] {n} être {m} [algemeen]
leven [zijn] {n} être {m} [zijn]
leven [persoon] {n} habiter [persoon]
leven [verblijfplaats] {n} habiter [verblijfplaats]
leven [persoon] {n} demeurer [persoon]
leven [verblijfplaats] {n} demeurer [verblijfplaats]
leven [verblijfplaats] {n} vivre [verblijfplaats]
leven [algemeen] {n} vie [algemeen] (f] de famille [f)
leven [zijn] {n} vie [zijn] (f] de famille [f)
leven [persoon] {n} résider [persoon]

NL FR Traductions pour roepen

roepen (n v) [to request, summon, or beckon] appeler (n v) [to request, summon, or beckon]
roepen [stem] vociférer [stem]
roepen [stem] crier [stem]
roepen [stem] hurler [stem]
roepen [stem] brailler [stem]
roepen [stem] crier à tue-tête [stem]
roepen [stem] beugler [stem]
roepen [stem] gueuler [stem]
roepen [stem] héler [stem]