La recherche du mot bederven a 99 plusieurs résultats
NL Néerlandais FR Français
bederven [voedsel] putréfier [voedsel]
bederven [moreel gedrag] bousiller [moreel gedrag]
bederven [genoegen] bousiller [genoegen]
bederven [culinair] bousiller [culinair]
bederven [voedsel] gâter [voedsel]
NL Néerlandais FR Français
bederven [verrotten] gâter [verrotten]
bederven [verknoeien] gâter [verknoeien]
bederven (v n) [to coddle or pamper] gâter (v n) [to coddle or pamper]
bederven [situatie] gâter [situatie]
bederven [moreel gedrag] gâter [moreel gedrag]
bederven [genoegen] gâter [genoegen]
bederven [culinair] gâter [culinair]
bederven (v n) [become sour or rancid, to decay] gâter (v n) [become sour or rancid, to decay]
bederven [situatie] bousiller [situatie]
bederven [verrotten] putréfier [verrotten]
bederven [verknoeien] putréfier [verknoeien]
bederven [situatie] putréfier [situatie]
bederven [moreel gedrag] putréfier [moreel gedrag]
bederven [genoegen] putréfier [genoegen]
bederven [culinair] putréfier [culinair]
bederven [voedsel] pourrir [voedsel]
bederven [verrotten] pourrir [verrotten]
bederven [verknoeien] pourrir [verknoeien]
bederven [situatie] pourrir [situatie]
bederven [moreel gedrag] pourrir [moreel gedrag]
bederven [genoegen] rater [genoegen]
bederven [voedsel] se gâter [voedsel]
bederven [verrotten] se gâter [verrotten]
bederven [verknoeien] se gâter [verknoeien]
bederven [situatie] se gâter [situatie]
bederven [moreel gedrag] se gâter [moreel gedrag]
bederven [genoegen] se gâter [genoegen]
bederven [culinair] se gâter [culinair]
bederven [voedsel] rater [voedsel]
bederven [verrotten] rater [verrotten]
bederven [verknoeien] rater [verknoeien]
bederven [situatie] rater [situatie]
bederven [moreel gedrag] rater [moreel gedrag]
bederven [genoegen] pourrir [genoegen]
bederven [culinair] rater [culinair]
bederven [voedsel] pervertir [voedsel]
bederven [verrotten] pervertir [verrotten]
bederven [verknoeien] pervertir [verknoeien]
bederven [situatie] pervertir [situatie]
bederven [moreel gedrag] pervertir [moreel gedrag]
bederven [genoegen] pervertir [genoegen]
bederven [culinair] pervertir [culinair]
bederven [voedsel] bousiller [voedsel]
bederven [verrotten] bousiller [verrotten]
bederven [verknoeien] bousiller [verknoeien]
bederven [reputatie] noircir [reputatie]
bederven [verknoeien] se décomposer [verknoeien]
bederven [situatie] se décomposer [situatie]
bederven [moreel gedrag] se décomposer [moreel gedrag]
bederven [genoegen] se décomposer [genoegen]
bederven [culinair] se décomposer [culinair]
bederven [voedsel] ruiner [voedsel]
bederven [verrotten] ruiner [verrotten]
bederven [verknoeien] ruiner [verknoeien]
bederven [situatie] ruiner [situatie]
bederven [moreel gedrag] ruiner [moreel gedrag]
bederven [genoegen] ruiner [genoegen]
bederven [culinair] ruiner [culinair]
bederven [verrotten] se décomposer [verrotten]
bederven [voedsel] dépraver [voedsel]
bederven [verrotten] dépraver [verrotten]
bederven [verknoeien] dépraver [verknoeien]
bederven [situatie] dépraver [situatie]
bederven [moreel gedrag] dépraver [moreel gedrag]
bederven [genoegen] dépraver [genoegen]
bederven [culinair] dépraver [culinair]
bederven [reputatie] souiller [reputatie]
bederven [reputatie] entacher [reputatie]
bederven [reputatie] salir [reputatie]
bederven [reputatie] ternir [reputatie]
bederven [situatie] manquer [situatie]
bederven [culinair] pourrir [culinair]
bederven [voedsel] massacrer [voedsel]
bederven [verrotten] massacrer [verrotten]
bederven [verknoeien] massacrer [verknoeien]
bederven [situatie] massacrer [situatie]
bederven [moreel gedrag] massacrer [moreel gedrag]
bederven [genoegen] massacrer [genoegen]
bederven [culinair] massacrer [culinair]
bederven [voedsel] manquer [voedsel]
bederven [verrotten] manquer [verrotten]
bederven [verknoeien] manquer [verknoeien]
bederven (v n) [become sour or rancid, to decay] tourner (v n) [become sour or rancid, to decay]
bederven [moreel gedrag] manquer [moreel gedrag]
bederven [genoegen] manquer [genoegen]
bederven [culinair] manquer [culinair]
bederven [voedsel] gâcher [voedsel]
bederven [verrotten] gâcher [verrotten]
bederven [verknoeien] gâcher [verknoeien]
bederven [situatie] gâcher [situatie]
bederven [moreel gedrag] gâcher [moreel gedrag]
bederven [genoegen] gâcher [genoegen]
bederven [culinair] gâcher [culinair]
bederven [voedsel] se décomposer [voedsel]

Néerlandais Français traductions