Woxikon / Dictionnaire / Français Néerlandais / V / van een kaft voorzien

FR NL Français Néerlandais traductions pour van een kaft voorzien

La recherche du mot van een kaft voorzien a un résultat
Aller à
NL Néerlandais FR Français
van een kaft voorzien [boeken] couvrir [boeken]

NL FR Traductions pour van

van de
van [algemeen] de [algemeen]
van [bezit] de [bezit]
van [boeken] de [boeken]
van [oorsprong] de [oorsprong]
van [plaats] de [plaats]
van [tijd] de [tijd]
van (prep) [with the separation, exclusion or differentiation of] de (prep) [with the separation, exclusion or differentiation of]
van (prep) [with the source or provenance of or at] de (prep) [with the source or provenance of or at]
van (prep) [with the source or provenance of or at] sur (prep) [with the source or provenance of or at]

NL FR Traductions pour een

een (v) [to fart] {m} lâcher (v) [to fart]
een (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion] {m} faire (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion]
een (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion] {m} complimenter (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion]
een (v) [to fart] {m} en (v) [to fart]
een [algemeen] {m} quelque [algemeen]
een [hoofdtelwoord] {m} quelque [hoofdtelwoord]
een [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} quelque [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een {m} un {m}
een [algemeen] {m} un {m} [algemeen]
een [hoofdtelwoord] {m} un {m} [hoofdtelwoord]

NL FR Traductions pour kaft

kaft (n adj v) [front and back of a book or a magazine] (m/f/n) couverture (n adj v) {f} [front and back of a book or a magazine]

NL FR Traductions pour voorzien

voorzien [toekomst] {n} attendre [toekomst]
voorzien [verwachten] {n} attendre [verwachten]
voorzien [plan] {n} prévoir [plan]
voorzien [rechten] {n} prévoir [rechten]
voorzien (v) [to anticipate] {n} prévoir (v) [to anticipate]
voorzien [toekomst] {n} prévoir [toekomst]
voorzien [verwachten] {n} prévoir [verwachten]
voorzien (v) [to anticipate] {n} anticiper (v) [to anticipate]
voorzien [toekomst] {n} anticiper [toekomst]
voorzien [verwachten] {n} anticiper [verwachten]