La recherche du mot intermédiaire a 9 plusieurs résultats
FR Français NL Néerlandais
intermédiaire (a) [général] {m} middel- (a) [général]
intermédiaire (a) [général] {m} midden- (a) [général]
intermédiaire (n) [commerce - femme] {m} tussenpersoon (n) {m} [commerce - femme]
intermédiaire (n) [commerce - homme] {m} tussenpersoon (n) {m} [commerce - homme]
intermédiaire (n) [femme] {m} tussenpersoon (n) {m} [femme]
FR Français NL Néerlandais
intermédiaire (n) [homme] {m} tussenpersoon (n) {m} [homme]
intermédiaire (a) [général] {m} tussen- (a) [général]
intermédiaire (a) [général] {m} tussenliggend (a) [général]
intermédiaire (n) [commerce - homme] {m} middenman (n) {m} [commerce - homme]
FR Synonymes pour intermédiaire NL Traductions
délégué [commis] m gedelegeerde {m}
émissaire [commis] m gezant {m}
employé [commis] m medewerker {m}
fonctionnaire [commis] m ambtenares {f}
mandataire [commis] m curator {m}
courtier [commis] m tussenpersoon {m}
agent [commis] m bewerker
voie [économie] f weg {m}
canal [économie] m kanaal {n}
commissionnaire [messager] m commissaris {m}
commis [messager] m klerk {m}
envoyé [messager] m gezant {m}
exprès [messager] met opzet
facteur [messager] m coëfficiënt {m}
représentant [courtier] m tussenpersoon {m}
commerçant [courtier] m leverancier {m}
moyen [entremise] m hulpmiddel {n}
médium [entremise] f medium {n}
médiateur [interprète] m scheidsrechter {m}
négociateur [interprète] m diplomaat {m}