La recherche du mot faire du commerce a 3 plusieurs résultats
Aller à
| | faire (v) [discours] - aies fait
- aient fait
- fasses
- fassent
| | afsteken (v) [discours] - afgestoken
- steekt af
- steken af
- staken af
- stak af
| |
| | faire (v) [action] - aies fait
- aient fait
- fasses
- fassent
| | opmaken (v) [action] - opgemaakt
- maken op
- maakt op
- maakten op
- maakte op
| |
| | faire (v) [bénéfice] - aies fait
- aient fait
- fasses
- fassent
| | opmaken (v) [bénéfice] - opgemaakt
- maken op
- maakt op
- maakten op
- maakte op
| |
| | faire (v) [général] - aies fait
- aient fait
- fasses
- fassent
| | opmaken (v) [général] - opgemaakt
- maken op
- maakt op
- maakten op
- maakte op
| |
| | faire (v) [lit] - aies fait
- aient fait
- fasses
- fassent
| | opmaken (v) [lit] - opgemaakt
- maken op
- maakt op
- maakten op
- maakte op
| |
| | faire (v) [chèque] - aies fait
- aient fait
- fasses
- fassent
| | uitschrijven (v) [chèque] - uitgeschreven
- schrijven uit
- schrijft uit
- schreef uit
- schreven uit
| |
| | faire (v) [reçu] - aies fait
- aient fait
- fasses
- fassent
| | uitschrijven (v) [reçu] - uitgeschreven
- schrijven uit
- schrijft uit
- schreef uit
- schreven uit
| |
| | faire (v) [action] - aies fait
- aient fait
- fasses
- fassent
| | handelen (v) [action] - gehandeld
- handelen
- handelt
- handelde
- handelden
| |
| | faire (v) [agir] - aies fait
- aient fait
- fasses
- fassent
| | handelen (v) [agir] - gehandeld
- handelen
- handelt
- handelde
- handelden
| |
| | faire (n v) [to do something] - aies fait
- aient fait
- fasses
- fassent
| | handelen (n v) [to do something] - gehandeld
- handelen
- handelt
- handelde
- handelden
| |
