La recherche du mot aanvangen a 41 plusieurs résultats
NL Néerlandais FR Français
aanvangen (n v) [to begin] entamer (n v) [to begin]
aanvangen [beginnen] engager [beginnen]
aanvangen [bespreking] engager [bespreking]
aanvangen [algemeen] apparaître [algemeen]
aanvangen [baan] apparaître [baan]
NL Néerlandais FR Français
aanvangen [beginnen] apparaître [beginnen]
aanvangen [bespreking] apparaître [bespreking]
aanvangen [algemeen] entamer [algemeen]
aanvangen [baan] entamer [baan]
aanvangen [beginnen] entamer [beginnen]
aanvangen [bespreking] entamer [bespreking]
aanvangen [baan] engager [baan]
aanvangen [algemeen] se mettre à [algemeen]
aanvangen [baan] se mettre à [baan]
aanvangen [beginnen] se mettre à [beginnen]
aanvangen [bespreking] se mettre à [bespreking]
aanvangen [algemeen] entreprendre [algemeen]
aanvangen [baan] entreprendre [baan]
aanvangen [beginnen] entreprendre [beginnen]
aanvangen [bespreking] entreprendre [bespreking]
aanvangen (v n) [To start, to initiate or take the first step into something.] démarrer (v n) [To start, to initiate or take the first step into something.]
aanvangen [baan] débuter [baan]
aanvangen (v) [To begin, start] commencer (v) [To begin, start]
aanvangen (v n) [To start, to initiate or take the first step into something.] commencer (v n) [To start, to initiate or take the first step into something.]
aanvangen [algemeen] commencer [algemeen]
aanvangen [baan] commencer [baan]
aanvangen [beginnen] commencer [beginnen]
aanvangen [bespreking] commencer [bespreking]
aanvangen (n v) [of an activity, to begin] commencer (n v) [of an activity, to begin]
aanvangen (n v) [to begin] commencer (n v) [to begin]
aanvangen [algemeen] débuter [algemeen]
aanvangen commencer
aanvangen [beginnen] débuter [beginnen]
aanvangen [bespreking] débuter [bespreking]
aanvangen (n v) [of an activity, to begin] débuter (n v) [of an activity, to begin]
aanvangen (n v) [to begin] débuter (n v) [to begin]
aanvangen [algemeen] y aller [algemeen]
aanvangen [baan] y aller [baan]
aanvangen [beginnen] y aller [beginnen]
aanvangen [bespreking] y aller [bespreking]
aanvangen [algemeen] engager [algemeen]

Néerlandais Français traductions