La recherche du mot écouter a 19 plusieurs résultats
FR Français NL Néerlandais
écouter (v) [ouïe] aanhoren (v) [ouïe]
écouter (v) [conversation] luistervinken (v) [conversation]
écouter (v) [plainte] luisteren (v) {n} [plainte]
écouter (v) [ouïe] luisteren (v) {n} [ouïe]
écouter (v) [général] luisteren (v) {n} [général]
FR Français NL Néerlandais
écouter (v) [conduite] gehoorzamen (v) [conduite]
écouter gehoorzamen
écouter (v) [conversation] afluisteren (v) {n} [conversation]
écouter (v) [plainte] aanhoren (v) [plainte]
écouter (v) [général] aanhoren (v) [général]
écouter (v) [plainte] beluisteren (v) [plainte]
écouter (v) [ouïe] beluisteren (v) [ouïe]
écouter (v) [général] beluisteren (v) [général]
écouter (v) [plainte] luisteren naar (v) [plainte]
écouter (v) [ouïe] luisteren naar (v) [ouïe]
écouter (v) [général] luisteren naar (v) [général]
écouter (v) [attention] luisteren naar (v) [attention]
écouter luisteren {n}
écouter naar