niet goed zijn dictionnaire de traduction - Français Néerlandais traduction de niet goed zijn

Woxikon / Dictionnaire / Français Néerlandais / N / niet goed zijn

La recherche du mot niet goed zijn a 6 plusieurs résultats

Aller à Néerlandais » Français

NL	Néerlandais	FR	Français
	niet goed zijn [antwoord]		ne pas être correct [antwoord]
	niet goed zijn [antwoord]		ne pas être juste [antwoord]
	niet goed zijn [antwoord]		ne pas être bon [antwoord]
	niet goed zijn [antwoord]		être mauvais [antwoord]
	niet goed zijn [antwoord]		être faux [antwoord]

NL	Néerlandais	FR	Français
	niet goed zijn [antwoord]		être incorrect [antwoord]

NL FR Traductions pour niet

	niet [algemeen]		point {m} [algemeen]
	niet		pas {m}
	niet [algemeen]		pas {m} [algemeen]
	niet (n v) [wire fastener in general]		agrafe (n v) {f} [wire fastener in general]
	niet (n v) [wire fastener used to secure stacks of paper]		agrafe (n v) {f} [wire fastener used to secure stacks of paper]
	niet [algemeen]		ne pas [algemeen]
	niet		ne
	niet (adj) [not available]		indisponible (adj) [not available] (adj)

NL FR Traductions pour goed

	goed [interjectie] {n}		enfin [interjectie]
	goed [interjectie] {n}		eh bien [interjectie]
	goed [interjectie] {n}		tant pis [interjectie]
	goed [moreel gedrag] {n}		droit {m} [moreel gedrag]
	goed [raad] {n}		prudent [raad]
	goed [wijs] {n}		prudent [wijs]
	goed [eigendom] {n}		avoir {m} [eigendom]
	goed [raad] {n}		raisonnable [raad]
	goed [wijs] {n}		raisonnable [wijs]
	goed [algemeen] {n}		agréable [algemeen]

NL FR Traductions pour zijn

	zijn (v) [(archaic) used to form the perfect aspect with certain intransitive verbs] {n} geweest bent zijn was waren		avoir (v) {m} [(archaic) used to form the perfect aspect with certain intransitive verbs] aies eu aient eu aies aient
	zijn (v) [used to indicate weather, air quality, or the like] {n} geweest bent zijn was waren		faire (v) [used to indicate weather, air quality, or the like] aies fait aient fait fasses fassent
	zijn [filosofie] {n}		existence {f} [filosofie]
	zijn [algemeen] {n}		se trouver [algemeen]
	zijn [filosofie] {n}		se trouver [filosofie]
	zijn [plaats] {n}		se trouver [plaats]
	zijn {n} geweest bent zijn was waren		être {m} aies été aient été sois soient
	zijn [algemeen] {n} geweest bent zijn was waren		être {m} [algemeen] aies été aient été sois soient
	zijn [bestaan] {n} geweest bent zijn was waren		être {m} [bestaan] aies été aient été sois soient
	zijn [filosofie] {n} geweest bent zijn was waren		être {m} [filosofie] aies été aient été sois soient