La recherche du mot affecter a 29 plusieurs résultats
FR Français NL Néerlandais
affecter (v) [déterminer] bepalen (v) [déterminer]
affecter (v) [to move to emotion] emotioneren (v) [to move to emotion]
affecter (v) [allouer] toebedelen (v) [allouer]
affecter (v) [allouer] toewijzen (v) [allouer]
affecter (v) [prétendre] voorgeven (v) [prétendre]
FR Français NL Néerlandais
affecter (v) [prétendre] affecteren (v) [prétendre]
affecter (v) [to move to emotion] ontroeren (v) [to move to emotion]
affecter (v) [allouer] toekennen (v) [allouer]
affecter (v) [prétendre] voorwenden (v) {n} [prétendre]
affecter (v) [to infect or harm] aantasten (v) [to infect or harm]
affecter (v) [influencer] determineren (v) [influencer]
affecter (v) [effet] determineren (v) [effet]
affecter (v) [déterminer] determineren (v) [déterminer]
affecter (v) [influencer] bepalen (v) [influencer]
affecter (v) [effet] bepalen (v) [effet]
affecter (v) [concerner] aangaan (v) [concerner]
affecter (v) [influencer] een invloed hebben op (v) [influencer]
affecter (v) [effet] een invloed hebben op (v) [effet]
affecter (v) [déterminer] een invloed hebben op (v) [déterminer]
affecter (v) [to influence or alter] beïnvloeden (v) [to influence or alter]
affecter (v) [influencer] beïnvloeden (v) [influencer]
affecter (v) [effet] beïnvloeden (v) [effet]
affecter (v) [déterminer] beïnvloeden (v) [déterminer]
affecter (v) [influencer] van invloed zijn op (v) [influencer]
affecter (v) [effet] van invloed zijn op (v) [effet]
affecter (v) [déterminer] van invloed zijn op (v) [déterminer]
affecter (v) [émotion] een indruk maken op (v) [émotion]
affecter (v) [concerner] van belang zijn voor (v) [concerner]
affecter (v) [concerner] aanbelangen (v) [concerner]